Intrede Ds. W. van Herpen
Zondag 25 April was het voor de gemeente Melissant een blijde dag. Na een vacaturetijd van 3,5 jaar mocht zij in cand. W. van Herpen, van Rotterdam, weer een eigen herder en leraar ontvangen. De bevestiging vond plaats door ds. B. Eysenga, van Barneveld. De tekst voor de prediking was 2 Tim. 4 VS. 2a en Jac. 1 vs. 21 (midden). Hierin lag de opdracht voor de prediker en voor de gemeente. Het Woord, Gods Woord moet gebracht worden, niets meer maar ook niets minder, en de gemeente moet dat Woord, dat geplant wordt, aannemen en er werkzaam mee zijn.
Na de prediking las de bevestiger het formulier. Na 't ja-woord vond de handoplegging plaats, waaraan mede werd deelgenomen door ds. J. Goedhart van Middelharnis als consulent en door ds. J. van Drenth uit Ooltgensplaat als vertegenwoordiger van de classis Brielle.
Staande bad de gemeente haar nieuwe predikant Psalm 134 vs. 3 toe.
Was het kerkgebouw des morgens reeds erg vol, in de intrededienst was het nog voller. Na votum en zegengroet werd de dienst voortgezet met het zingen van Ps. 95 VS. 1 en 4. De geloofsbelijdenis werd gevolgd door de Schriftlezing van Lukas 24 vs. 13—27.
Voor de eerste maal als eigen predikant bediende ds. Van Herpen het Woord, en wel naar aanleiding van Lukas 24 vs. 25, 26 en 27.
„Een programma heb ik u niet voor te leggen", aldus ds. Van Herpen. Wel is er de opdracht, het Woord te prediken en u Christus voor te steunen, gelijk Christus zelf Kleopas en zijn vriend onderwees in hetgeen de Schriften van Hem getuigden, 't Is een levende Christus, die u gepredikt wordt. De mens is van nature onverstandig en traag van hart om dat te geloven.
Na de prediking volgden de gebruikelijke toespraken, allereerst tot zijn ouders, daarna tot zijn bevestiger, vriend en leermeester ds. Eysenga, tot de consulent, de vertegenwoordiger van het Class. Bestuur, burgemeester, ringpredikanten ds. Wolters en ds. Boertje, koster, organist, vertegenwoordigers van „Voetius", kerkenraad, kerkvoogdij en gemeente.
De consulent was de eerste, die de toespraak beantwoordde, gevolgd door ds. Van Drenth, burgemeester Van Heyst, C. den Boer namens , , Voetius" en ouderling Roodzand namens de kerkeraad, kerkvoogdij en gemeente. Deze verzocht de gemeente haar predikant staande toe te zingen Ps. 119 VS. 9.
Met het zingen van Psalm 72 VS. 11 werd deze bijzondere dienst' besloten.
Afscheid Ds. W. van Herpen
Zondagmiddag heeft ds. W. van Herpen afscheid genomen van de Herv. gemeente, die hij vier en een half jaar heeft gediend. Zoals bekend worden geacht vertrekt ds. van Herpen naar Kinderdijk. De druk bezochte. dienst werd door zijn Eerw. geopend met votum en zegengroet en het zingen van Ps. 56 : 6 gevolgd door het lezen van de Twaalf Artikelen des Geloof en Galaten 3 : 15—25. Spreker had tot tekst gekozen Gal. 3 : 22 en hierbij twee punten
Ds. van Herpen begon zijn predicatie met te zeggen, dat de centrale waarheid van Gods Woord telkens weer in twijfel wordt getrokken. En deze centrale waarheid is, dat geen mens zonder de verrlossende kracht des Heeren Jezus Christus ooit uit zijn doodslaat verlost kan worden. Telkens wil men dit ontkennen en door eigen kennen en kunnen opklimmen tot een verloren paradijs gestalte.
Telkens weer tracht men het „door genade alleen" te ontkrachten. Echter door het geloof alleen, is behoudenis mogelijk, waarvan ook de tekst spreekt.
O gij uitzinnige Galaten! aldus luidt het streng verwijt van de apostel Paulus, wie heeft U betoverd? Wat was er dan gebeurd in deze gemeente? Wel, er waren mensen ingekropen, valse broeders die een misleidende invloed hebben uitgeoefend op de jonge christengemeente. Deze leerden dat naast de gerechtigheid die in Christus is, ook de werken der wet, de voorhuid en de besnijdenis moesten gehandhaafd worden. Zij wilden in het Nieuw Testamentische leven dus een wettische geest invoeren. En wat was nu het ergste? Wel, dat de jonge gemeente hiervoor zeer ontvankelijk bleek te zijn. Deze dwaalleer had op hen een magnetische aantrekkingskracht. Vandaar dit ernstige verwijt van Paulus aan de Galaten.
En deze dwaalleraars beriepen zich nog wel op het Oude Testament Maar de apostel wederlegt de verkeerde leer. Uit de werken der wet zal geen vlees gerechtvaardigd worden. Paulus wijst de gemeente op de eenvoudigheid des Evangelies; op Christus, die het einde der wet is. Paulus beroept zich ook op de Schrift, maar met meer recht dan de dwaalzieke leraars in de gemeente van Galatië Immers de bedoeling van het Oude Testament was niet anders dan te wijzen op de onmogelijkheid om door de werken der wet zalig te worden. Vergeet ook niet dat de wetgeving aan de Sinaï plaats heeft gevonden na de beloftegeving. Neen, niet door de wet, maar door de Beloofde der vaderen, de Verlosser, de Messias, die aan Abraham was beloofd, was alleen verlossing en redding mogelijk. Miljoenen sleten hun leven in de gevangenis der wet, gelijk de tekst spreekt, alles onder do zonde besloten. Besloten, gevangen, gelijk dat nog in onze taal wordt uitgedrukt door het zijn in het huis van bewaring. Heel de mensheid met Eli wat leeft was onder die wet besloten Adam en met hem al zijn nakomelingen Beknelt onder het slavenjuk. Er alzo niemand die goed deed, ook niet één.
Nu was er nooit verlossing van on. zijde meer mogelijk. Maar tot deze bekentenis komt de mens van zicht nooit. We willen telkens en elke, weer proberen ons zelf uit die gevangenis te werken. Maar is de Schijn dan niet onbarmhartig? Neen, barmhartig. Gods Woord wijst op onmogelijkheid om ons zelf te verlos. sen.
Zij wijst op het recht Gods. Zo & in 't recht wilt treden en gade slaan onze ongerechtigheden, ach, Heere, zal dan bestaan? Maar de Schrift' ook de enige weg ter ontkoming aai Maar neen, daar is vergeving, altijd t U geweest. Daar wordt het uitzicht geopend op Hem, de Verlosser en Zalig maker. Dit is de les voor de Galatel O, dat zij zich zouden laten uitleid door Hem, die in letterlijke zin Petrus, verloste uit zijn gevangenschap en door een weg van recht als de weg van de werken der wet is afgesloten.
Alleen door het geloof een volkomen; verlossing en uitredding. Maar k' Petrus nu niet teveel waarde aan het geloof toe. Neen, Paulus bedoelde k geloof niet als verdienste te steilst neen, maar hij stelt het geloof tegen over de vrome misleidingen die de ms wettisch aan het werk zouden willen zetten. Geen andere weg dan door de Verlosser Jezus Christus.
Kent U iets van dit benauwende dat gij gebonden zijt, opgesloten er niet uit te kunnen. O, dan kent. Gij de bede van de dichter, als hij zijn. Voer mij uit mijn gevangenis." Hout dan op uw celdeur te forceren, Uw tenen trachten te verbreken. Hem om Zijn uitleiding uit Uw keilt met de bede om de leiding Zijns Heil gen Geesten, die in alle waarheid leidt
En gij die daarvan nog vreemder zijt. Gij leeft op de top van een kaan, die ieder ogenblik tot uitbarsten' kan komen. Belijdt dan Hem nog ii' zonden, Hem, die machtig is ook U vo komen verlossing te schenken.
Bedenkt altijd wat het Christus heef gekost, hangend aan het vloekhout kruis in de grote Godsverlating. E bedenkt ook dat Hij een volkomen va lossing heeft teweeggebracht. Daaro: behoeft U er niets meer aan toe te w gen. Het is alles door Hem, de gezegde de des Vaders, onze Heere Jezus Christus.
Na het zingen van Ps. 46 richtte ds. van Herpen zich tot de gemeente, die hij voor alles hartelijk dank. zegde, hen allen Gode bevelend. Ouderlingen en diakenen werd wijsheid toegebeden in het leiden der gemeente t hartelijk dank gezegd voor de goede samenwerking.
Ds. T. Poot uit Middelharnis, de toekomstige consulent werd Gods zegen toegewenst; Kerkvoogden en notabels hartelijk bedankt voor al de goede zegen. Een bijzonder woord van werd gericht tot koster du Pree, die altijd bereid was te helpen. Ook de organist werd niet vergeten. De Ringpedikant werd de hulp des Heiligen geesten toegebeden.
De afgevaardigden der Geref. Kerk en Geref. Gemeente dank gezegd voor tan aanwezigheid en 's Heeren gunst toegebeden. Verder alle vrienden uit Melissant allen dank voor aanwezigheid. Soli Deo Gloria, Gode alleen de eer.
Toespraken:
Dan volgden de toespraken. Allereerst verkreeg het woord de locoburgemeester, de heer D. Leijdens. Namens de classis Brielle sprak ds. van Drenth die tevens het woord voerde namens de Pmg.
Namens de Geref. Kerk sprak ds. W. van es en namens de Geref. Gemeente ouderling M. Molenaar.
vervolgens sprak ds. Poot, die de wens uitsprak, dat zijn consulentschap van korte duur zal zijn. Spreker hoopte laat het stempel van Jezus Christus op de schapen gedrukt zal zijn geweest. het ga u beiden bijzonder wel, sprak ps. Poot
Als laatste spreker trad ouderling grotenboer naar voren, die namens de Kerkeraad en gemeente de scheidende echtpaar toesprak en verzocht om ds. en zijn vrouw staande toe te zingen, Ps. 121
Ik ben verblijd, wanneer men mij
Godvruchtig opwekt: "Zie, wij staan
Gereed, om naar Gods huis te gaan;
Kom, ga met ons en doe als wij."
Ps. 122 vers 1