Ds. K. Exalto

Alle tekst die hier onderstaan zijn gekopieerd bij www.digibron.nl en tekstueel aangepast naar de hedendaagse tijd.


Intrede Ds. K. Exalto

Zondag 23 januari had de bevestiging en intrede plaats van ds. K. Exalto, die van Brakel naar de Ned. Herv. Gemeente te Melissant was overgelïomen. Bevestiger was de consulent ds. T. Poot van Middelharnis. Voor deze dienst was grote belangstelling; onder de vele aanwezigen bemerkten we ook burgemeester en mevr. Bos, die 's middags bij de intrede, eveneens aanwezig waren. Na votum en zegengroet liet ds. Poot zingen Ps. 75 : 1 en 2 waarna de "Wet werd gelezen en gezongen Ps. 143 : 10. De Schriftlezingen waren Ps. 126 en Lucas 5 : 1—11. Daarna volgde zang onder de collecte, n.l. Ps. 87 : 1, 2, 4 en 5. De tekst voor deze bevestiging was gekozen uit Lucas 5 : 4, 5 en 6: (de wondervolle visvangst) met het thema: „De grote Visser roept!" Stilgestaan werd bij de aard van zijn roeping; de belofte bij zijn roeping; de crisis door zijn roeping en de kroon op zyn roeping.Na de ontvouwing van deze woorden werd gezongen Ps. 86 : 5 en 8 waarna ds. Poot overging tot de bevestiging. Op de vragen van het formulier klonk het plechtig „Ja, ik van ganser harte", door ds. Exalto, waarna ds. Poot de nieuwe herder en leraar op hartelijke wijze toesprak. Het werd als een wonder uit Gods Hand ervaren •— aldus ds. Poot — dat de kleine gemeente van Melissant weer een predikant mag bezitten en hij was dankbaar een oude vriend (spr. had in zijn vorige gemeente veel contact met hem gehad) op het eiland als ambtsbroeder te mogen ontmoeten. Hij bad liem Gods onmisbaren zegen toe op zijn arbeid en ds. Poot zelf nam tevens afscheid van de gemeente, die hij als consulent had gediend. Deze indrulcwekende dienst werd beëindigd met de Morgenzang vers 3 en6 en de zegen.


Des middags heeft ds Exalto voor een volle kerk intrede gedaan in zijn nieuwe gemeente. Onder de aanwezigen bemerkten we o.m. de predikanten van Wakeren, Poot, den Besten, Gooyer, Zaal, Smit, Jonkers, Wursten, Vlijm en van Drenth. Ook was aanwezig ds. W. Netjes (thans res. legerpredikant) namens de Geref. kerk en student L. Huisman van de Geref. Gemeente. Tevens de afgevaardigden van de diverse kerkeraden der Herv. Gemeenten en kerkeraadsleden van de Geref. kerk en van de Geref. Gemeente. Verder bemerkten wij het voltallig college van burgemeester en wethouders.

Na het uitspreken van het votum en de zegengroet werd gezongen Ps. 26 vers 8 en 7, waarna ds Exalto de Twaalf Artikelen des Geloofs voorlas. De gemeente zong hierop Ps. 111 vers 6. Vervolgens werd gelezen Matth. 10 vers 1 t.m. 16. De tekstwoorden waren Matth. 10 vers 11 t.m. 15. Hierna werd nog gezongen Ps. 110 vers 1, 2, 3 en 5.

Ds. Exalto zijn predikatie aanvangende wees er op, dat een intrede niets onderscheid van een gewone predikatie dan dat deze behelst het ontvouwen van een programma, wat de wijze van werken aangeeft. Z.Eerw. stelde echter vast, dat dit geen plan is naar eigen ontwerp maar naar een instantie van Boven ontvangen. Bij deze Goddelijke instruktie moet beleden worden, dat het steeds nodig is en blijft onderwijzin— gen van 's Hemels wege te ontvangen; het is immers een zware taak die de predikant is opgelegd. En ten aanzien van de gemeente, dat de predikant een Goddelijke opdracht heeft te vervullen.

Tot zijn tekst komende sprak ds. Exalto over

de opdracht des Heeren aan Zijn apostelen.

Dit is ook onze opdracht aldus spr.; in wezen is er weinig verschil. De apostelen werden bij tweeën uitgezonden, waar ook het Apostolaat (de uitzending in de wereld) op volgt. Bij de instructie die ze van de Heere Jezus krijgen, blijkt dat de zaak van het Koninkrijk haast heeft en spreker hoopte dat ook te Melissant velen zouden worden meegenomen in de vaart van het Evangelie voor het Koninkrijlt Gods.

Aan de andere zijde nam de Heere Jezus ook ruim tijd voor de zondaren. Als voorbeeld noemde spr. het onderhoud met de Samaritaanse vrouw en de geschiedenis van Zacheus.

In de tekst staat „in wat stad of vlek gij zult inkomen, onderzoekt wie het waardig is."

Gods knechten worden dus opgedragen een onderzoek in te stellen, waaruit blijkt dat van die kant bezien, Gods Koninkrijk naast de haast die moet betracht een zekere rust uitgaat. Zo moeten Zijn dienaren niet de gemeente doorjalikeren, maar iets van Zijn rust meedelen. De Grote Meester heeft dit bewust in Zijn instruktie geschreven. Spr. hoopte in de gemeente van Melissant veel open deuren te vinden, voor Christus en Zijn Evangelie.

De tekst vervolgend: en indien dat huis waardig is, zo kome vrede over hetzelve, betekent dit vrede voor dit en het toekomende leven. Niet de Farizeeën en de schriftgeleerden zijn het waardig, maar de tollenaren en zondaren; spr. hoopte zulken te ontdekken bij zijn huisbezoek. Dan hebben wij geen haast!

Staat ook uw deur open voor het Evangelie? vroeg spreker. De apostelen hadden de opdracht wanneer zij een huis binnen kwamen te groeten met het: „Vrede zij U!" Soms hebben Gods knechten neiging om te vloeken inplaats van te zegenen. Maar als een dienaar van Christus enkel maar vloek en oordeel brengt, heeft hij zijn instructie na te zien.

0e tekst spreekt van „uw" vrede, wat dus nauw aan het ambt is verbonden. De dienaren zijn de vertegenwoordigers van Christus: Wie U hoort, die hoort Mij. Een zeer verantwoordelijke taak. Dat het van de hand des dienaars geëist wordt, is soms reden liever het ambt te ontvluchten; wij zijn echter gedrongen door de Goddelijke opdracht aldus spreker.

In het verdere van de predikatie zei spreker, dat Melissant wellicht vervuld is met blijdschap weer een eigen predikant te hebben. Dit mocht terwille van dit vrede zijn, al kunnen wij U zelf niets geven. Het „waardig zijn" staat gelijk met

Het „waardig zijn" staat gelijk met „gelovig" te zijn. Spr. had bange vrees ook hier te ziullen moeten strijden tegen Satan's macht. De Meester heeft Zijn discipelen gewapend tegen de vijandschap die zij zouden ondervinden. Indien het huis niet waardig is, zo kome uw vrede weder tot U. Dan keert de vrede terug en berokkend geen scliade aan de apostelen maar wel aan hen die hun deuren toeslaan en bij wie voor het Evangelie geen plaats is. De tekst bevat dan ook een ernstig appèl. Ontzettend: dezulken zullen door de heiligheid Gods worden verteerd. „Want voorwaar zeg Ik U: Het zal Sodom en Gomorra verdragelijker zijn in de dag des oordeels, dan dezelve stad.

Z.Eerw. werkte nader uit wat het betekent: de weg geweten en niet bewandeld te hebben. Het heden beslist over de toekomst; wie het Evangelie aangenomen of verworpen hebben.

Wij stellen ons niet boven U vervolgde spreker, maar wel is onze instructie van Boven. Draagt uw nieuwe leraar en verdraagt hem; geeft hem een plaats in uw gebedsleven, opdat door zijn bediening het Koninkrijk Gods moge worden gebouwd.

Men had spr. verteld, dat Melissant een rustige gemeente is. Moeilijkheden en teleurstellingen zullen echter niet uitblijven. Daar echter, waar het Rijk van Christus baan breekt, wordt volle vrede geschonken. In de instructie staat ook: wanneer zij U niet ontvangen, schudt het stof van uw voeten. Dit is weliswaar niet het oordeel, maar toch een voorbode er van, een teken van verbreking van gemeenschap. Spreker wenste met vrede te komen en een Flakkeeënaar onder de Flakkeeërs te zijn. Met ernst vermaande spreker het Woord Gods te horen en niet te verwerpen. Alleen daarop en daardoor zal de vrede, de ware vrede verworven kunnen worden.

Na een tussenzang van Ps. 96 : 9 volgde de

toespraken

Ds. Exalto richtte zich in de eerste plaats tot de praeses en andere afgevaardigden van de classis Brielle. Hij zegde alle collega-predikanten hartelijk dank voor hun aanwezigheid en hoopte de zelfde prettige samenwerking te mogen ondervinden, die hij steeds genoten had in de classis Bommel.

Zich richtend tot de Ring Sommelsdijk, zei ds Exalto zeer dankbaar te zijn voor de tegenwoordigheid van alle ambtsbroeders uit deze Ring. Hij zei, dat ook predikanten wel eens aan eerzucht lijden, wie toch wel de beste is, maar hoopte dat het Woord des Heeren veel in gedachtenis zou mogen blijven, waar Hij zegt: Eén is Uw Meester.

De kerkeraden uit de omliggende plaatsen werden hartelijk dank gezegd voor hun medeleven en Gods onmisbare zegen toegewenst.

Ook tot de kerkeraden van de Geref. kerk en de Geref. Gemeente werden hartelijk dank gezegd voor hun aanwezigheid. Het heeft ons, aldus ds Exalto goed gedaan, dat U deze middag aanwezig wilde zijn. Tot de vrienden uit Brakel richtte ds Exalto een bijzonder hartelijk woord van afscheid. Vervolgens werden toegesproken organist en koster. Burgemeester en wethouders werd Gods zegen toegewenst. Spreker zei een overtuigd voorstander van het Christelijk onderwijs te zijn, wat hij ook beloofde zoveel mogelijk te zullen helpen bevorderen. De verenigingen werden alle steun beloofd. De catechisanten werden vermaand trouw te komen. Ds. Smit werd hartelijk dank gezegd voor de door hem. verrichte arbeid in verband met de catechisaties. Vervolgens richtte ds Exalto zich tot zijn bevestiger ds. Poot, die hij hartelijk dank zegde voor de wijze waarop hij hem tot zijn dienstwerk had ingeleid. Zich richtend tot de kerkeraad, zei spr. dat reeds de eerste kennismaking, van beide zijden, zeer prettig was, wat mede een oorzaak van overkomst is geweest. Het Woord Gods verbinde ons, in de dienst van de Koning der Kerk, was zijn wens.

De gemeente werd hartelijk bedankt voor de wijze waarop hij en zijn echtgenote waren ontvangen.

Ds Exalto zei niet van plan te zijn door de gemeente te jakkeren, maar in rust zijn arbeid te zullen doen. Het is, aldus spreker, een predikant onmisbaar van node, in contact met Zijn grote Meester te staan, in de eerste plaats door gebed, maar ook door studie. Ik wil U allen dienen, maar ik wens niet om mensengunst te bedelen. Ook wij zijn niet volmaakt, maar wij zullen altijd U met raad en daad terzijde staan. Onze deur staat voor ieder van U open.

Andere sprekers

De nieuwe leraar werd daarop allereerst toegesproken door de Edelachtb. heer burgemeester Bos, die de overkomst van ds Exalto een belangrijke gebeurtenis noemde, niet alleen voor Hervormd Melissant, maar voor de gehele burgerlijke gemeente. Spreker uitte de wens dat het werk van ds Exalto in alle opzichten gezegend moge worden. Spreker wees op de geslachtsnaam van de nieuwe predikant, welke is afgeleid van het Latijnse woord: Exaltari, wat betekent: tot geestvervoering opwekken. Spreker hoopte dat dit het werk van

Spreker hoopte dat dit het werk van ds Exalto zou mogen zijn, opdat mede door zijn dienst het Koninkrijk Gods zou worden uitgebreid in het rijk des satans zou worden afgebroken.

Ds. P. van Wakeren van Stad aan 't Haringvliet, sprak als assessor van het Moderamen der classis Brielle, die de nieuwe leraar een hartelijk welkom in de classis toeriep.

Ds. van Drenth van Ooltgensplaat, voerde het woord als praetor van het breed moderamen van de Ring Sommelsdijk en noemde het een oorzaak van vreugde, dat deze vakature weer zo spoedig was vervuld. Ds van Drenth wees erop dat men op Flakkee niet alleen een Ring, maar ook een kring had, n.l. die van collegae predikanten, waarbij spr. hoopte, dat ook ds Exalto zich bij zal aansluiten.

Namens de Geref. Kerk werd het woord gevoerd door ds. W. Netjes, die zijn gelukwensen aanbood en zei ook deze middag weer in het bijzonder bepaald te zijn geworden bij het gewicht van het ambt. Spreker hoopte op nauwe samenwerking tussen de kerkgroepen, en wenste ook de gemeente geluk met haar nieuwe leraar.

Namens de Geref. Gemeente werd het woord gevoerd door student L. Huisman, dei juist deze dag de plaatselijke gemeente diende. Student Huisman vergeleek de gescheidenheid bij de geschiedenis uit Jozua 22 waar twee en een halve stam een altaar bouwden. Dit werd door de 10 stammen zeer kwalijk genomen, omdat zij meenden dat deze twee en halve stam een andere God dienden. Toen hun echter verzekerd werd dat dit helemaal niet het geval was, gingen de 10 stammen terug en dienden beiden de Heere.

Zo moge ook de Herv. kerk zowel als de Geref. Gemeente, beiden God dienen Aangaande de heerlijkheid van het ambt, merkte dhr. Huisman op, dat des dienaars werk beschreven is in Lukas 14, waar de Heere Zijn dienstknechten uitzond met drieërlei opdracht: Komt, brengt en dwingt. Spreker wenste dat ds Exalto's bediening in dit teken zou mogen staan. Om te nodigen, komt, want alle dingen zijn gereed, om in te brengen de kreupelen en verminkten, maar ook om de melaatsen, de paria's, te dwingen om in te komen.

Tenslotte werd nog gesproken door ouderling P. A. Leydens namens de kerkeraad.

Spreker noemde het een groot voorrecht dat deze vakature weer zo spoedig vervuld was en riep ds en mevrouw Exalto een hartelijk welkom toe. Wanneer U deze schare ziet, dan verwacht U het misschien van de mensen en de mensen van U, aldus spreker, maar het mocht ons alleen om Christus en Zijn heil te doen zijn. Voor dat heil moge U nog vele open huizen vinden in Melissant. En daar nu het geloof uit het gehoor is en gehoor uit het Woord Gods, zo moge dit Woord Zijn loop hebben in het midden der gemeente. Wij mogen dan wel Paulus woord het onze maken, als hij het schrijft aan Timotheüs „Predik het Evangelie, houd aan, tijdig en ontijdig, wederleg, vermaan, bestraf, maak, dat men van uw dienst ten volle verzekerd zij. En wanneer er dan soms moeilijke tijden komen, „Open dan uw mond" naar Psalm 81.

Ds. Poot werd hartelijk dank gezegd voor het vele werk dat hij als consulent had verricht. Ook ds. Smit werd dank gebracht voor de catechisaties die hij had gehouden.

Tot slot verzocht ouderling Leydens de nieuwe leraar staande toe te zingen de bekende zegenbede uit Ps. 134.

Ds. Exalto dankte daarna alle sprekers en legde voor het eerst de zegen op de gemeente. Het was voor de Hervormde gemeente van Melissant een zeer blijde dag.

Afscheid Ds. K. Exalto

Ds. Exalto van Melissant heeft j.l. zondagmiddag zijn zevenjarige ambtsperiode als predikant der Ned. Herv. Kerk in deze gemeente met een indrukwekkende afscheidsdienst besloten. Als tekstwoord voor zijn afscheidspredikatie koos ds. Jacobus 1 vers 21: „Daarom, afgelegd hebben alle vuiligheid en overvloed van boosheid, ontvangt met zachtmoedigheid het Woord, dat in U geplant wordt, hetwelk uw zielen kan zalig maken." Ds. waarschuwde ertegen het afscheid niet te tragisch te zien omdat immers ook nu hij naar Noordeloos vertrekt het allerbelangrijkste, de prediking van het Evangelie doorgang zal vinden zodat het planten in Gods wijngaard dat ds. in Melissant met zegen mocht verrichten toch zal worden voortgezet. De ambtsbroeders uit de Ring, Burgemeester en wethouders, kerkeraadsleden van zustergemeenten en andere kerkgenootschappen uit de burgerlijke gemeente woonden de dienst bij. Ook merkten we onder de aanwezigen op Kapelaan Hoogenwege uit Middelharnis.

Na het zingen van Ps. 116 : 7 en 11, het voorlezen van de Geloofsbelijdenis en daarna het zingen van Ps. 100 : 1 en 4 las ds. Jacobus 1 vanaf vers 1 tot 19, waaruit hij vers 21 als tekstwoord koos.

Prediking Ds. wees erop dat de Bijbel de mens

Ds. wees erop dat de Bijbel de mens menigmaal afschildert als een drenkeling die enkel door het Evangelie gered kan worden. De kerkvader Hiëronymus noemde dan ook het Evangelie de reddingsplank waarmee de christenen die in gewetensnood verkeren gerek kunnen worden. Ds. wilde in zijn prediking een ander beeld voor ogen nemen, ontleend aan de landbouw, het beeld van planten en groeien. „Zeven jaar hebben wij het Woord Gods in u mogen planten" aldus ds. Exalto die zich daarop niet zou beroemen, ook in de tekst wordt niet gesproken wie zal planten, alleen belangrijk is dat eh geplant wordt! Ds. zei er zich van bewust te zijn in zijn taak — te werken in de wijngaard des Heer en — dikwijls te kort te zijn geschoten. Niettemin mocht ds. terugzien op een zegenrijk werk dat ook — ondanks zijn vertrek — door Gods zorg zijn vervolg zal hebben. „Zeven jaar is in een mensenleven een lange tijd maar in de geschiedenis van Gods kerk zijn het slechts enkele klokslagen" aldus ds. Exalto. Hij verzekerde dat het planten van het Evangelie in mensenharten niet gemist kan worden; in Gods ogen zijn de mensenharten als stukken grond met een overvloed van onkruid zoals ook te tekst spreekt van een overvloed van boosheden. „Er is" aldus ds. niets om zich op te beroepen maar heel veel om beschaamd over te zijn.

Na zovele jaren met zoveel prediking wordt er nog veel ongeloof gevonden. Bij herhaling is de eis tot bekering gepredikt, bij herhaling is de Wet voorgelezen maar we hadden geen oog voor de aantrekkelijkheden van het Koninkrijk van God en we zijn veel tekort geschoten in het verlangen naar Zijn Rijk" zo betoogde hij; zichzelf en zijn gehoor als lauwe christenen bestraffend. Met zekerheid wis ds ook van zegen op zijn werk; hij was er dankbaar voor en hij zou het kleine niet verachten, maar ondanks het toenemen van het lidmatenaantal en Avondmaalgangers, heeft er aldus ds. veel gehaperd aan het beoefenen van het waarachtig Christen zijn in de praktijk van het leven, waarbij hij wees op de uitspraak van Jacobus: „Toon mij Uw geloof door Uw werken." Wij zullen het Lam Gods nodig hebben dat onze zonden wegneemt". Het stemde ds. tot grote dank dat hij in de afgelopen zeven jaren ook „het opleggen van alle kwaad" en „het doden van de oude mens" had gevonden; daarbij zei ds. heen te kijken door lange bekeringsgeschiedenissen waarin hij in de practijk soms 99Vo mensenverheerlijking aantreft. Ds. betoogde dat de buitenwereld veel van de gemeente te Melissant mag zeggen maar hij waarschuwde ze niet naar beneden te trekken. Spr. zei in tegenstelling tot buitenstaanders te weten van strijd en begeerte en van het stille en verborgen geloof en dat er zijn die maar één hoop hebben; de genade van Jezus Christus. Ds. weet dat er in zijn gemeente zijn die werkelijk als christen trachten te leven en hij maande daarom af te blijven van de gemeente Gods. Ds. wilde de opdracht die ieder

Ds. wilde de opdracht die ieder christen heeft, n.1. de goede strijd des geloofs te strijden samenvatten in één woord n.1. ontvangen. Het Woord zal met zachtmoedigheid ontvangen moeten worden, niet als eigen prestatie maar door de werking van de Heilige Geest. Eerst zal het harde hoofd gebogen moeten worden" aldus ds. die de uitspraak citeerde dat God meer moet breken dan Hij buigen kan". Een gebroken hart is een open hart, en het heeft de zachtste bodem waarin het Evangelie kan worden geplant en groeien kan. Een mens zal met het ontvangen nooit klaar komen, het eist het gehele leven op. Erop wijzend dat een zee van ongeloof de wereld overspoelt vroeg ds. bezinning op de vraag: „Wie zijn wij." Is er bij ons liefde of vrede, waarachtige éénheid des geloofs? Ds. benadrukte als ieders opdracht.

Ds. benadrukte als ieders opdracht. Hem te laten wonen in het hart en het Woord met zachtmoedigheid te ontvangen; dat is genoeg om zalig te worden; het gepredikte Woord Gods kan de mens zaligmaken". Wijzend op de verschillende revoluties op meerdere terreinen wees ds. erop dat God de grootste revolutie brengt waar Zijn evangelie gepredikt wordt. Wie in zijn handen komt begint een nieuw leven en diens eigen „ik" wordt als een bedorven pit uitgesneden en vrede en blijdschap stromen dan binnen. „Houdt het daarom bij het onvervalste Evangelie, houdt het bij het Woord Gods" riep ds. ieder toe." Wij moeten met het Woord als dat door ons ontvangen is samen groeien, we moeten ermee verstrengeld worden en als wortels het Evangelie in ons opzuigen opdat we geheel veranderd worden en worden gevormd naar het beeld van Christus". „Houdt het bij de Ene Naam en bij Zijn Woord en Evangelie; Zijn Koninkrijk is komende" zo besloot ds. Exalto zijn prediking. Toespraak

Toespraak

Na het zingen van Het Gebed des Heeren vers 3 en 9 en dankgebed richtte ds. Exalto zich met een hartelijk welkomst en dankwoord tot de vele genodigden o.m. de burgemeester, mevr. Bos en de beide wethouders, kerkeraadsleden van Herv. gemeenten op het eUand, vrienden van de gesprekskring en van de Stichting Jeugdwerk Goeree Overflakkee waarvan ds. enige tijd voorzitter was. Verder kerkeraadsleden uit ds. nieuwe gemeente en vertegenwoordigers van andere kerkgenootschappen uit de gemeente. Voorts dankte ds. Exalto de organist, de koster, leden van de vrouwenvereniging die veel voor de kerk gedaan hebben, de notabelen, kerkvoogden, catechisanten, leden van de Studiever., leiders van de zondagsschool, hij maande ze allen trouw te blijven. Ds. zei de meest goede herinneringen te bewaren aan zijn ambtsdragers op Flakkee met wie hij in de Ring een broederlijke omgang had. Ook aan de kerkeraad zal ds. Exalto een goede gedachtenis hebben. Hij dankte ook „de trouwe kern" uit de afgelopen zeven goede en rustige jaren.

„Allen Gode bevolen; de Heere zei met u allen" zo besloot hij. Sprekers

Sprekers Namens de classis en Ring sprak ds.

Namens de classis en Ring sprak ds. van 't Veld te den Bommel. Ds. sprak van een gevoelig verlies nu ds. Exalto vertrekt; niettemin dient men Gode dankbaar te zijn voor wat Hij in al de jaren in ds. Exalto heeft gegeven. Ds. van 't Veld resumeerde dat ds. Exalto in de classis met alle gaven en het juiste inzicht heeft gewerkt; „de collega ambtsdroeders hebben veel aan u te danken, U ziet op theologisch gebied de dingen helder waardoor wij veel van u leerden" zo bekende spreker. Hij dankte voor de genoten vriendschap en de stimulans tot studie die ds. Exalto steeds gegeven had. Ds. besloot met de bede dat God de weg van ds. Exalto en zijn gezin in zijn nieuwe woonplaats rijk zal zegenen.

Ouderling P. H. Leijdens sprak de scheidende predikant toe namens kerkbestuur en gemeente. Spr. besefte dat thans hechte banden moesten worden verbroken; hij was dankbaar yoor de gebrachte prediking waarin ds. voortbracht de eis der bekering en het aanbod der genade. „Gij gaat vrij van ons uit, ge hebt met uw hele ziel en al uw krachten onder ons geplant" aldus dhr. Leijdens. „Gij wilde geen eer als er vruchten merkbaar werden maar gij begeerde slechts de verheerlijking van God en het behoud van zielen. Dhr. Leijdens wist dat ds. soms ook bedroefd was geweest als het Woord werd afgestoten en spr. wist dat ds. dat ook in zijn nieuwe gemeente zal ondervinden". Zijt niet bevreesd, de koning der kerk heeft gezegd: „Ik zal met u zijn tot de voleinding der wereld" „U weet dat u naar uw nieuwe gemeente geroepen bent en Hij Die roept is ook getrouw om u in dat deel van zijn wijngaard voor- en in te leiden. U bent ons steeds tot voorbeeld geweest en wij hopen dat u in Noordeloos mag werken tot eer van de Koning der kerk en tot heil van vele zielen" hoopte de heer Leijdens.

Hij bracht voorts een woord van dank aan mevr. Exalto die met liefde en getrouwheid onder de jeugd heeft gewerkt. Dhr. Leijdens besloot met het uitspreken van de zegenbede: „De genade van de Heere Jezus Christus en de liefde Gods, en de gemeenschap des' Heiligen Geestes zij met u" waarna hij verzocht de scheidende predikant staande toe te zingen Ps. 90 : 9 (enigszins gewijzigd).

Ds. Exalto legde daarna voor het laatst zijn gemeente de zegen op waarmee de dienst besloten werd.

Share by: